1. Ruimte en tijd in Bloedbruiloft

Ruimte en tijd – formele indeling      
Ruimte: binnen of buiten  
Ruimte en tijd: van binnen naar buiten – van dag naar nacht – en weer terug   
Ruimte: decor en kleuren  
Tijd: plot en story  
.

Bloedbruiloft werd geschreven en gespeeld voor het publiek in Andalusië, rond 1933.
Wat het publiek op het toneel te zien kreeg, speelde zich af in Andalusië, rond 1933.

Kortom: de toeschouwer zag destijds op het toneel zijn eigen hier en nu, met daarin wellicht ook zichzelf… of anders wel zijn buurman. Door het publiek rechtstreeks een actuele kwestie voor te schotelen, zette Lorca het mes op een diepliggend maatschappelijk gezwel. Theater als eigentijdse spiegel voor het publiek is uiteraard niet nieuw in de geschiedenis. De actualiteit is voortdurend een bron die theatermakers en publiek optimaal kunnen delen. Maar niet iedere inhoud is veel later en elders nog levendig – en ook niet iedere vormgeving blijft overal en altijd effectief. Bloedbruiloft speelt zich dan wel ver weg in de geschiedenis af, maar door de gekozen stijl-formule weet Lorca de anekdote op te tillen tot een hoger plan en met een allegorie te versmelten tot een tijdloos, levendig geheel. Bloedbruiloft wordt dan ook vaak nog uitgevoerd, in vele uithoeken van de wereld.

bloedbr andalusie 2

Ruimte en tijd – formele indeling.

Er zijn zeven achtereenvolgende scènes (taferelen): bij een sprong in tijd en/of ruimte wordt de gaande scène afgesloten en begint de volgende scène. Kortom: dit is een reeks scènes volgens de bekende shakespeareaanse indeling: de grens tussen scènes ligt bij een wisseling van tijd en/of ruimte. Bij de laatste scène van Bloedbruiloft is de cirkel rond en komen we terug bij de eerste locatie: in het huis van de bruidegom. Ook brengt Lorca de zeven scènes onder in drie bedrijven, volgens een traditionele formule die is gekoppeld aan het handelingsverloop (zie later).

Het plaatje van de formele indeling – na enig gepuzzel over het tijdsverloop – ziet er dan als volgt uit.

bedrijf  scène TIJD RUIMTE
I .1 dond- of vrijdag? in huis bruidegom
  .2 zaterdag in huis Leonardo
  .3 zondag in rotswoning bruid
II .1 donderdag voorvertrek bruid
  .2 donderdag bij rotswoning
III .1 donderdag in het bos
  .2 vrijdag in huis bruidegom

.

Ruimte: binnen of buiten.

De keuze van de locaties en de volgorde waarin deze verschijnen is niet toevallig – in tegendeel. Alle locaties op toneel – met een zeldzame uitzondering – zijn onder te brengen in twee basale categorieën: het gebeuren speelt zich óf BINNEN óf BUITEN af.  Dat zijn uitersten, die elkaar volledig uitsluiten: óf je bent buiten – óf je bent binnen. Meer is er niet. En zoals bij veel drama het geval is, zit hier een simpele maar doordachte strategie achter, om het zo maar te zeggen.

BINNEN staat hier voor de beschutting die de mens voor zichzelf heeft gemaakt tegen de grillen van BUITEN de natuur waar de mens aan is overgeleverd, zoals de seizoenen, de verzengende hitte, maar ook de driften, de lusten. BINNEN is alles wat de mens rondom zichzelf opbouwt, organiseert, regelt, afspreekt, structureert. BINNEN is het huis, de menselijke samenleving, de cultuur, de traditie. Maar BUITEN die beschermende, metersdikke muren domineert altijd de natuur, waar ook de mens uit voort komt en deel van uitmaakt. BINNEN is wat de mens heeft geconstrueerd om enige zekerheid te hebben.  Bescherming, veiligheid. Zo wordt het BUITEN op een afstand geplaatst, wordt de natuur begrensd en buiten gesloten, althans: voor zover mogelijk. Want uiteindelijk is dat ‘BUITEN’ een metafoor voor iets wat juist diep binnen in de mens zelf zit en niet tot nauwelijks valt buiten te sluiten. In het ideale geval weten we BINNEN en BUITEN in harmonie samen te laten zijn.
.

Ruimte en tijd:
van binnen naar buiten – van dag naar nacht – en weer terug
.

We beginnen binnen, in het huis van de bruidegom, het huis dat zijn moeder zelden tot nooit verlaat. Het is onderdeel van een kleine maatschappij, met eigen regels en wetten, afspraken en tradities. Het verstand zal daar zegevieren, is de bedoeling. Het huwelijk is daar dan een zakelijke verbinding, die de (land)goederen van families – nodig om te overleven – in voordelige banen leidt. Dat is overigens ook de enige reden dat het wettige huwelijk ooit is ingevoerd: om afspraken inzake bezit en inkomsten van beide partijen formeel vast te leggen.

Vervolgens komen we via de huizen van bruidegom en Leonardo steeds verder buiten terecht. Al tijdens scène I.2., dan nog binnenshuis met moeder en kind, doemt het buiten reeds op, wanneer Leonardo vandaaruit even binnen komt – letterlijk en figuurlijk. Hij is dan met grote tegenzin binnenshuis, maar niet echt thuis. Om zijn gezicht te redden liegt hij over zijn vele en verre paardenritten, ver van huis, buiten. Hij kan zijn vrouw dan ook niet in het gezicht kijken. Hij voelt zich niet thuis en vertrekt weer, buiten de muren. Zijn vrouw mag niet vragen waarheen. Het tweede kind is op komst, maar vader en moeder verblijven niet onder hetzelfde dak.

Rotswoning in de Geulemergroeve, Limburg
Rotswoning in de Geulemer-groeve, Limburg

Scène I.3 speelt zich dan wel binnen af, maar deze ruimte staat nadrukkelijk aangekondigd als ‘binnen in de rotswoning…’  Deze woning van de bruid is een samengaan van binnen en buiten: een natuurlijke omgeving (grot, rotsen) die met mensenhanden tot een woonplek is uitgebouwd. De tegenstelling van binnen en buiten, van cultuur en natuur, vormt het dualistische vertrekpunt van de bruid, die terplekke wordt uitgehuwelijkt aan de bruidegom van het gesloten huis – binnen. En nauwelijks is dat een feit, of daar klinkt het geluid van het dravende paard – buiten! Overigens blijkt hier ook, dat Moeder maar liefst vier uur moest lopen om deze locatie te bereiken…. ver buiten bewoond gebied! 

Het tweede bedrijf start in het voorvertrek van de bruid, waarna in scène II.2 de bruiloftsfestiviteiten zich afspelen buiten bij de grotwoning. We zijn dan al naar buiten, maar nog wel dicht bij huis, in de tuin rondom. Maar de zinnelijke prikkels verspreiden zich daar al snel in de buitenlucht, niet langer gebarricadeerd door de al te dikke muren van het huis. En zo krijgen de natuurlijke verlangens en lusten onvermijdelijk vat op de ware geliefden, dwars door de harde en praktische afspraken van het veilige verstand. Daaruit vloeit dan de vlucht voort van bruid en Leonardo, nog verder weg van dat dwingende huis met tuin, naar de plek waar alleen de natuur ademt: buiten, diep in het bos. Deze locatie, die iedereen kent en herkent uit de realiteit, heeft hier tevens een als vanzelfsprekende symbolische betekenis.

Inmiddels zijn we beland in scène III.1. Terwijl we in onze speurtocht tot nu toe vooral de factor ruimte in het oog hielden, voegen we daar nu ook maar de factor tijd aan toe. Want de vlucht van bruid en Leonardo van binnen naar buiten loopt parallel met een vlucht in tijd: van dag naar nacht. Inmiddels zijn we niet alleen ver van huis gevlucht, maar ook uit het daglicht verdwenen. Middenin het bos en middenin de nacht. Daar zoekt de liefde een heenkomen en daar kan de liefde gedijen – althans zolang de tijd het toelaat, want iedere nacht loopt onvermijdelijk ten einde. Zelfs in de nacht gaat de achtervolging nog door, met alle gevolgen vandien en tot genoegen van de Bedelares, de Dood. Dan slaat de realiteit weer toe: de volgende ochtend.

In scène III.2 komt alles weer terug bij af, in het dagelijkse leven: binnen, in het huis van de bruidegom, wit, nergens grijs, geen schaduw, met dikke muren. Geen enkele kleur, geen enkel perspectief, letterlijk en figuurlijk. En de bruid eindigt daar op de drempel, op een onmogelijke plek: niet binnen en niet buiten. In the middle of nowhere, zogezegd.

De tocht van binnen naar buiten en weer terug,
van dag naar nacht en weer naar dageraad,
vormt een weerspiegeling van het handelingsverloop.
.

TIJD

RUIMTE

I.1 overdag binnen huis bruidegom
I.2 ochtend binnen huis Leonardo
I.3 overdag binnen rotswoning bruid
II.1 ochtend binnen voorvertrek bruid
II.2 overdag BUITEN bij rotswoning
III.1 NACHT BUITEN in het BOS
III.2 ochtend BINNEN – BUITEN .op de drempel

Ruimte: decor en kleuren.

In de regieaanwijzingen worden vaak kleuren vermeld: van kleding, van rekwisieten en vooral van decor. Mijn kennis van kleuren en de betekenissen die daar aan worden gehecht, is zeer beperkt, dus ik waag mij niet aan snelle conclusies. Dat vooral niet, omdat Lorca juist veel waarde en betekenis hechtte aan het gebruik van kleuren in decor, kostuums en rekwisieten. Het decor was niet alleen een plaatsaanduiding binnen de anekdote, maar voegde ook op een ander level waarde aan de voorstelling toe. In dat verband wordt Lorca nogal eens in één adem genoemd met Salvador Dali, vriend en collega, en wordt dan onvermijdelijk onder de noemer ‘surrealistisch’ geplaatst. Die term lijkt echter in het geval van Bloedbruiloft iets te snel te voorschijn getoverd. Niet alles wat ons ‘vreemd’ lijkt is automatisch van de zelfde oorsprong – er is meer dan surrealisme. In het surrealisme worden vooral zeer vrije associaties getoond en staat de bewustzijnstoestand van de droom centraal, niet gehinderd door (beperkende) betekenissen. In Bloedbruiloft dragen de ‘vreemde’ niet-alledaagse vormen echter juist wél een betekenis, een aanduiding, een verwijzing. Het bos is zo’n voorbeeld van betekenisvolle symboliek. Of de (ontbrekende) namen, de interieurs, het maanlicht, de allegorische figuren, het paard (!). Al deze elementen hebben niet alleen een artificiële vorm, maar dragen ook verwijzingen in zich. Niet alles buiten de realiteit is sur-realistisch.

Hieronder een overzicht van de kleur-aanduidingen zoals die letterlijk in de regie-aanwijzingen staan.

 scène RUIMTE KLEUREN in decor
I.1 in huis bruidegom geel geschilderde kamer
I.2 in huis Leonardo roze geschilderde kamer, koperwerk, veldboeketten
I.3 in rotswoning bruid kruis v roze bloemen, kanten gordijnen met roze banden, harde witte muren, blauwe kannen
II.1 voorvertrek bruid geen info over kleuren in decor; bruid in witte onderjurk, kanten stroken, wit keurslijf, oranjebloesem
II.2 bij rotswoning tinten in witgrijs en ijskoud blauw; vijgcactussen; sombere en zilverige tinten; panorama van branderig blonde hoogvlakten; alles hard van kleur
III.1 in het bos ? boskleuren? sombere sfeer; vochtige boomstammen; twee violen; later een felblauwe gloed wanneer de Maan verschijnt.
III.2 in huis bruidegom wit vertrek, dikke muren; witte trappen, boog, vloer; nergens grijs, geen schaduw; twee meisjes in donker­ blauw die een rood kluwen uitwinden

.
Vervolgens enkele – voorzichtige – voorstellen en vragen omtrent deze kleurrijke inzet van Lorca.
Wie over de kleuren en hun (Spaanse?) betekenis iets weet te melden – graag!

  • De kamer in het huis van bruidegom en moeder is volledig geel geschilderd, nogal nadrukkelijk. De kleur geel wordt ook wel gekoppeld aan het begrip haat. Wellicht de aloude haat die moeder al vele jaren met zich mee draagt en die zij uiteindelijk weer bevestigd ziet?
  • De kamer van Leonardo en zijn vrouw is roze geschilderd. Associatie met het kleine kindje – en met het tweede kind op komst?
  • Wanneer buiten bij de rotswoning de feestelijkheden zullen beginnen, tonen de kleuren overduidelijk een andere sfeer: witgrijs en ijskoud blauw, sombere tinten, alles hard van kleur. De ondertoon van wat vrolijk bedoeld is, maar anders eindigt. De dreiging van het tegendeel. Een wrange smaak bij voorbaat.
  • In het bos zijn grote vochtige boomstammen te zien. We nemen maar aan – het is nacht – dat de kleur donkergroen of ook donkerbruin hier in het decor aanwezig is. Deze ruimte is uniek in de hele reeks: hier is weelderige groei, hier is water, schaduw en beschutting! Het tegendeel van alle ruimtes in de andere scènes, in het leven van overdag: dor, droog, nauwelijks vruchtbaar.
  • In de laatste scène overheerst de kleur wit. Zelfs is er geen grijs of schaduw te zien. Dat alles zó wit zou zijn, zonder enige nuance, dat is in de realiteit totaal onmogelijk. Maar hier is dat ‘eindeloze wit’ in wezen geheel juist: alles is kleurloos en zelfs zonder perspectief! Dit is het absolute tegendeel van het vochtige, vruchtbare bos. Twee meisjes in donkerblauw – geen warme kleur – winden een rood kluwen uit en wanneer zij, zingend, de dood van minnaar en bruidegom benoemen, houden zij in en kijken ze naar de rode kluwen. Alsof het bloed dan in de aderen stokt.

Tijd: plot en story

Wat betreft de plot/story-verhouding beperken we ons hier tot een reconstructie van de story aan de hand de gevonden jaartallen.

De STORY verloopt dan als volgt.

VOORGESCHIEDENIS
1906                Leonardo geboren

1910                Moeder van Bruidegom getrouwd
1911                1e zoon van Moeder geboren.
.                       Bruid geboren
1912                2e zoon van Moeder geboren = Bruidegom
1913                Man van Moeder = vader van Bruidegom > vermoord door fam. Felix
1914                1e zoon van Moeder = broer van Bruidegom > vermoord door fam. Felix
1926                Verkering Bruid (15 jaar) x Leonardo Felix (20 jaar)
1929                Einde 3 jaar verkering Bruid x Leonardo
1931                Leonardo x huidige vrouw
1932                Zoon van Leonardo geboren

HEDEN
1933                Bruid (22) x Bruidegom (21)

.bloedbr olijfgaard provincie Jaen

zie verder > Bloedbruiloft, personages